12 mei 2022

Onderwijs

Een onderwijssysteem voor iedereen

 

VISIETEKST

Jongeren zijn de toekomst, daarom moeten ze zoveel mogelijk ondersteund worden op verschillende vlakken. We moeten ons onderwijssysteem uitdenken om er zo voor te zorgen dat elke jongere de kansen krijgt die nodig zijn. Het kind en de jongere moeten centraal staan in het onderwijssysteem, niet de resultaten. Daarom pleit Jong Groen onder andere voor een comprehensieve middenschool en een onderwijs dat vertrekt vanuit de talenten, vaardigheden en interesses van jongeren waarbij we het watervalsysteem in ons onderwijs zoveel mogelijk willen wegwerken. We willen tevens een systeem waarbij de inschrijvingsgelden gedemocratiseerd worden, er een maximumfactuur wordt ingevoerd in het middelbaar en hoger onderwijs en waar nieuwkomers ook les kunnen krijgen in hun eigen taal. Het onderwijsveld stopt echter niet altijd na de middelbare school, daarom willen we ook een socialer en eerlijker hoger onderwijs. Het moet dus duidelijk zijn ons onderwijs moet socialer, eerlijker en menselijker, want enkel zo ondersteunen we de jongeren echt!

We willen ook een inclusief en representatief onderwijs, daarom pleiten we voor genderquota voor onderwijs- en onderzoekspersoneel in het hoger onderwijs en een hervorming van het beurzensysteem, zodat iedereen op een gelijke manier, actief kan deelnemen aan ons onderwijssysteem. Om onderwijs toegankelijk te maken pleiten we ook voor het verbieden van onbetaalde stages en het invoeren van de leerplicht bij kleuters vanaf 3 jaar. Naast initiatieven gericht op de leerlingen en studenten kijken we ook naar hoe we leerkrachten kunnen ondersteunen, zij zijn immers de basis van ons onderwijssysteem.

 


STANDPUNTEN BINNEN HET THEMA "ONDERWIJS"

 

Standpunt 1: Jong Groen pleit voor de invoering van een comprehensieve middenschool tot 14 jaar. 

Meer info: In die tweejarige opleiding zullen alle leerlingen zowel algemene, creatieve als technische vorming krijgen. Hoewel iedereen dezelfde opleiding volgt, is er ook binnen zo’n comprehensief onderwijssysteem ruimte voor enkele keuzevakken. Leerlingen zouden bijvoorbeeld vier lesuren per week zelf kunnen invullen. Hierbij denken we aan toneel, initiatie van een extra taal, fotografie, websiteontwikkeling, labotechnieken, bijkomende uren sport... Die keuzes mogen echter niet bepalend zijn voor latere studiemogelijkheden. Pas vanaf het derde jaar zullen leerlingen dan een richting kiezen die hen moet voorbereiden op het hoger onderwijs of op een kwalificatie.

Twaalfjarigen wiens startpositie niet toelaat om de tweejarige opleiding aan te vatten krijgen de kans om de comprehensieve middenschool af te leggen in drie jaar. Op die manier kunnen voor hen bepaalde vakken meer uitgewerkt worden, is er ruimte voor extra (individuele) begeleiding en is er tijd om leervaardigheden te ontwikkelen. Voor anderstaligen kan er ook moedertaalonderwijs worden aangeboden. De betrokken leerlingen studeren een jaar langer, maar via die weg is de opgedane kennis voor alle leerlingen wel gelijk. Zo hebben deze jongeren op hun 15 jaar weer alle keuzemogelijkheden.

Standpunt 2: We willen af van het watervalsysteem, en zetten in op persoonlijke begeleiding om jongeren de kans te geven om hun talenten te ontdekken.

Standpunt 3: Jong Groen pleit voor een ander inschrijvingsbeleid voor lagere en middelbare scholen.

Meer info: Volgens Jong Groen moet elke school GOK-leerlingen voortaan voorrang geven bij de inschrijving. Het is tevens ook belangrijk om kinderen uit de buurt voorrang te geven. Op die manier versterkt de school diens lokaal draagvlak en deze ook een weerspiegeling van de maatschappij. De inschrijvingsperiode wordt dan voortaan opgesplitst in 5 periodes: eerst broertjes en zusjes van reeds ingeschreven leerlingen, nadien GOKkinderen uit de buurt, dan kinderen uit de buurt, later GOKkinderen die niet in de buurt wonen en tot slot kinderen die verder uit de buurt wonen. Als de inschrijvingsperiodes vastgelegd worden op Vlaams niveau, gelden dezelfde periodes voor alle scholen. Op die manier kan er gecommuniceerd worden via websites en uitgebreide advertentiecampagnes. Alleen zo realiseer je een duidelijke situatie, waarbij alle ouders op de hoogte zijn.

Standpunt 4: Jong Groen pleit voor een sterke financiële stimuli voor lagere en secundaire scholen die zich inspannen voor het realiseren van sociale gelijkheid.

Meer info: Scholen met veel kansarme leerlingen moeten aanzienlijk meer middelen krijgen. De financiële consequenties moeten gaan van meer lestijden tot bijkomende infrastructurele financiering. Alleen zo creëren we motivatie bij alle scholen om te streven naar een gezonde sociale mix en gelijke onderwijskansen. De scholen die bijkomende middelen genieten omwille van het aantal kansarme leerlingen moeten die middelen wel aanwenden om de onderwijskansen van de betrokken jongeren te verbeteren.

Een good practice van een maatregel voor meer onderwijsgelijkheid is de brugfigurenwerking die tot nu toe enkel op lokaal niveau ingevoerd wordt. Brugfiguren zijn personen op school die instaan voor de begeleiding van de kwetsbare ouders en leerlingen. Dit zou op Vlaams niveau ingevoerd moeten worden.

Standpunt 5: Jong Groen pleit voor functioneel meertalig onderwijs.

Meer info: Voor het zelfvertrouwen en de ontwikkeling van kinderen en jongeren is het belangrijk dat de moedertaal door de school erkend en zelfs gevalideerd wordt enerzijds en anderzijds dat die meertaligheid een plek krijgt en een rol kan spelen in de ontwikkeling.

Standpunt 6: Jong Groen pleit voor een uitbreiding van de anderstalige opleidingsonderdelen in de bachelor en masteropleidingen.

Meer info: Alleen zo bereid je jongeren immers voor op een baan in een meertalige context. 

Standpunt 7: Jong Groen pleit voor het uitbreiden en democratiseren van het aanbod taalstages en internationale uitwisselingen.

Standpunt 8: Jong Groen pleit voor een hervorming van het systeem van beurzen in het onderwijs.

Meer info: Jong Groen vraagt een verhoging van de inkomensgrenzen om aanspraak te kunnen maken op een studiebeurs. Minstens een derde van de studenten moet een beurs kunnen genieten. 

Om te vermijden dat beursgerechtigde studenten om administratieve of psychologische redenen geen aanvraag indienen, moet er worden gewerkt via een systeem van automatische rechtentoekenning. Op die manier gaan we het Mattheuseffect tegen en gaan we resoluut voor een democratisering van het hoger onderwijs. Daarnaast moeten de beursbedragen ook worden opgetrokken. De huidige bedragen dekken immers niet eens alle directe studiekosten. 

Studiekosten moeten voortaan tweejaarlijks worden gemeten. De evolutie wordt bijgehouden via een studiekostenindex. Bij een stijging van de index worden de studiebeurzen automatisch aangepast.

Standpunt 9: Jong Groen pleit voor een democratisering van de inschrijvingsgelden.

Meer info: Ze vormen immers de meest zichtbare studiekost: hoge inschrijvingsgelden maken democratisering onmogelijk. De voorbije jaren  zijn de inschrijvingsgelden echter aanzienlijk gestegen. Ook de inschrijvingsgelden van heel wat manama’s en banaba’s of die van de educatieve masters werden recent aanzienlijk verhoogd. Net als VVS en FEF, de Vlaamse en Waalse studentenorganisaties, eist Jong Groen een radicale trendbreuk: een wettelijk verankerde standstill van inschrijvingsgelden en de geleidelijke invoering van kosteloos hoger onderwijs.

Standpunt 10: Jong Groen pleit voor een maximumfactuur in het secundair onderwijs én het hoger onderwijs.

Meer info: In het secundair onderwijs verschilt de kost per studierichting. Dit is geen reden om geen maximumfactuur in te voeren. De verschillende kosten mogen immers niet bij de leerling uitkomen. Ook in het hoger onderwijs dringt dit zich op. De kosten van bv. bepaalde boeken zijn vaak enorm hoog in het hoger onderwijs. Studierichtingen die per definitie meer studiekosten inhouden, moeten door de overheid sterker gefinancierd worden.

Standpunt 11: Jong Groen wil dat de overheden in ons land samen minstens 7% van het BBP uitgeven aan onderwijs, waarvan 2% moet worden voorbehouden voor het hoger onderwijs. Die 2%doelstelling wordt ook vooruitgeschoven door de Europese Commissie in het kader van de Lissabonstrategie.

Standpunt 12: In het secundair onderwijs moeten jongeren via projectweken kunnen kennismaken met de werking van politieke instellingen en partijstandpunten.

Standpunt 13: Het kleuteronderwijs speelt een belangrijke rol in het leerproces van jonge kinderen. Daarom willen we het kleuteronderwijs verplicht maken voor kinderen vanaf 3 jaar. Kleuters moeten dan tenminste 2/3 van het aantal schooldagen verplicht aanwezig zijn op school. De overige dagen zijn de kleuters ook welkom, maar is er geen verplichting. 

Meer info: De momenten waarop de kinderen aanwezig zijn, moeten niet vastgelegd zijn. In de praktijk zien we dat het merendeel van de 3- tot 5- jarigen dit systeem al toepast. Toch zijn het vaak kinderen uit sociaaleconomisch zwakkere milieus die het minste deelnemen aan het kleuteronderwijs. Terwijl zij dit net het meeste nodig hebben. Het opbouwen van taalachterstand begint vaak vanaf zeer jonge leeftijd. Anderstalige leerlingen gaan vaak pas vanaf de wettelijk verplichte leeftijd naar school. Hierdoor beginnen ze aan de lagere school met een te grote taalachterstand. Door kleuteronderwijs te verplichten vanaf 3 jaar komen anderstaligen veel sneller in contact met het Nederlands en zal de taalachterstand veel sneller worden weggewerkt.

Standpunt 14: Jong Groen pleit voor een uitgebreid en divers sportaanbod op school

In de lagere en middelbare school zouden kinderen in aanraking moeten komen met een zo breed spectrum van sport, aangepast aan hun gestel. Het aantal “turnuren” moet worden uitgebreid naar 6 uren. In de lagere en middelbare scholen moet men tevens de turnzalen onder de middag openstellen voor sportactiviteiten.

Standpunt 15: Kinderen, jongeren en leerkrachten mogen op school meerdere talen spreken, zowel in de klas als op de speelplaats. Om het onderwijs te faciliteren wordt er in afgesproken talen onderwezen. 

Standpunt 16: Er moet meer aandacht komen voor logica en kritisch denken in het basisonderwijs.

Meer info: Een redenering opbouwen en denkfouten kunnen opmerken zijn belangrijke vaardigheden in het leven. Indien we deze belangrijke vaardigheden al van in de basisschool aanleren, kunnen we ervoor zorgen dat drogredenen sneller worden ontmaskerd en zo het politiek debat verschuift richting rationele argumentatie. 

Standpunt 17: Arabische lessen op school.

Meer info: Veel ouders sturen hun kinderen naar een weekendschool of de Koranschool om hen Arabisch aan te leren. Dit doen ze omdat dit de enige plek is waar kinderen Arabisch kunnen leren. Dit is een vorm van totaal ongereguleerd onderwijs waar noch de kwaliteit, noch de inhoud van het onderwijs vastligt. Niemand weet hoeveel kinderen er naartoe gaan, wat ze leren, wat het niveau is, of het “gematigd of radicaal” is... Door naschoolse Arabische lessen aan te bieden op school, creëer je concurrentie en garandeer je een kwalitatief leertraject. De VUB (Brussel) en het CLT (Leuven) bieden nu voor het eerst Arabisch voor kinderen aan, en de lessen zitten vol. Middelbare scholen kunnen dit ook doen.

Standpunt 18: Er moeten genderquota komen voor onderwijs- en onderzoekspersoneel aan de Vlaamse hogescholen en universiteiten.

Meer info: Vrouwen* en niet-mannen sijpelen topfuncties binnen, maar een volledig gelijke verdeling duurt op een organische manier nog minstens een generatie. Om een genderevenwicht in de Vlaamse hogescholen en universiteiten te bereiken volgen we het standpunt van Caroline Pauwels. Zij geeft de richtlijn om minstens ⅓ vrouwelijke* docenten als personeel aan te werven. Die richtlijn willen wij omzetten in een afdwingbare en algemene regel die geldt voor alle universiteiten en hogescholen.

Deze quota kunnen dwingend werken om verder te kijken dan de neus lang is, en bewust op zoek te gaan naar mensen buiten het eigen netwerk, of verder dan de ‘usual suspects’. Het einddoel is hier het automatisme doorbreken om zo een nieuwe en meer gebalanceerde dynamiek op gang te brengen. 

Standpunt 19: Scholen bieden dagelijks gratis een evenwichtige, lokale en ecologische hoofdmaaltijd aan. De overheid verleent daartoe een subsidie aan de scholen.

Meer info: Schoolmaaltijden hebben niet alleen een directe impact op het welzijn van de kinderen. Door ze lokaal, ecologisch en fair te produceren, kunnen schoolmaaltijden ook een enorme boost geven aan lokale ondernemers in de landbouw, catering en logistiek.

Standpunt 20: Scholen bieden gratis & lokaal fruit aan tijdens de pauze.

Standpunt 21: Jong Groen pleit voor investeringen in de groei van jonge leerkrachten opdat deze leerkrachten een stabiele basis krijgen om hun job uit te voeren.

Meer info: De Vlaamse regering tracht de loopbaan aantrekkelijker te maken en voor loopbaanbegeleiding te zorgen. Daar stoppen de inspanningen, en structureel is er nog steeds niets veranderd. Jonge gemotiveerde leerkrachten zijn niet in het onderwijs gestapt omdat ze veel geld willen verdienen of omdat ze graag vroeg op pensioen willen gaan. De keuze om zich dag in dag uit in te zetten voor jongeren en te investeren in toekomstige generaties is niet vanzelfsprekend. Het is een bewijs van een sterk maatschappelijk engagement.

Wanneer deze jonge doeners de eerste stappen zetten in het onderwijs wordt hen al snel duidelijk gemaakt dat de realiteit niet strookt met hun maatschappelijk engagement. Ze krijgen te maken met verschillende barrières die er voor zorgen dat hun kerntaak, jongeren motiveren om het beste uit zichzelf te halen, naar de achtergrond verdwijnt. De eerste jaren bestaan uit een heen-en-weer geloop tussen verschillende interim jobs. Eén maand in Gent les geven en vervolgens alles achterlaten wat ze daar hebben opgebouwd om drie maanden in Sint-Niklaas te onderwijzen. Daarbij moet de jonge leerkracht flexibel zijn en zich steeds opnieuw aanpassen aan een andere schoolcontext. Wanneer leerkrachten dan eindelijk een plek hebben gevonden waar ze zich echt thuis voelen is er voor hen geen plaats. Er is namelijk al een vast benoemde leerkracht voor het vak, een leerkracht die negatief werd geëvolueerd. Dit systeem is een gouden kooi die ervoor zorgt dat veel talent verloren gaat.  

Onderwijs wordt door verschillende politici aangewezen als één van de kernfactoren van maatschappelijke problemen, zoals criminaliteit, armoede, extremistisch gedachtegoed enzovoort. Is het dan wel zo verstandig om de investeringen in dit beleidsdomein te minimaliseren?

Gelukkige leerkrachten zorgen voor gelukkige jongeren. Daarom pleiten wij ervoor om:

  1. Eén jaar werkzekerheid te garanderen voor beginnende leerkrachten en tegelijkertijd een strengere evaluatie te verplichten voor vast benoemde leerkrachten.
  2. Structurele en psychologische ondersteuning voor beginnende leerkrachten te faciliteren en dit door de verplichte aanstelling van een ervaren ondersteuningsfiguur binnen de scholen.
  3. De onderwijsinspectie de opdracht te geven om vooral te focussen op de schoolcultuur en de ondersteuning van beginnende leerkrachten.
  4. De kwaliteit van de instructie te garanderen door de administratieve taken te beperken. De over bureaucratisering van het onderwijs, met als doel de controle te behouden over de kwaliteit van ons onderwijs, zorgt op microniveau voor minder kwaliteit. Door de planlast kan de leraar zich niet bezig houden met de kerntaken.
  5. Het verplichten van interstedelijke schoolgemeenschappen om zo een stabielere werkomgeving te creëren.

Standpunt 22: Tegen onbetaalde stages.

Meer info: Onbetaalde stages buiten een opleiding zijn een groot probleem op de arbeidsmarkt. Meer en meer bedrijven en instituten schakelen jongeren in voor gratis arbeid, wat ten koste gaat van instapjobs.

Jong Groen vindt dat een stage thuishoort in een opleiding, niet daarbuiten. Een stage is een
leerproces en moet plaatsvinden aan de hand van duidelijk vastgestelde regels, in samenspraak met een erkend opleidingsinstituut. Dit opdat de stagiair geïnformeerd wordt over diens rechten en via de school een bescherming heeft bij misbruik. Indien hier buiten gewerkt wordt, omdat er bv. geen opleiding voorzien is of de jongere zich wil omscholen in een bedrijf zelf, moet deze stage een minimum aan sociale bescherming bevatten (arbeidsongevallenverzekering, transportonkostenvergoeding...), betaald worden en aangegeven worden bij de VDAB, opdat de jongere in elk geval bescherming heeft tegen uitbuiting.

Standpunt 23: Gender in het onderwijs.

Meer info: De Vlaamse overheid gaat na hoe gender en seksualiteit vandaag in het onderwijs aan onze jeugd aangeleerd worden en welke vooroordelen doorgegeven worden. Op basis daarvan stelt deze nieuwe onderwijsrichtlijnen op die bijdragen aan een genderneutrale en respectvolle maatschappij, inclusief in het seksuele domein. In die richtlijnen wordt werken rond stereotypering vanaf de kleuterschool opgenomen.

Standpunt 24: Creativiteit op school

Meer info: Ons huidig onderwijssysteem is te vaak gericht op leerlingen die moeten stilzitten en moeten luisteren naar een leerkracht. Jong Groen vindt dat dit niet is hoe ons onderwijs in de 21ste eeuw georganiseerd moet zijn. Het onderwijs moet de jongeren aanzetten om hun creativiteit volop te gebruiken om zo creatieve en ondernemende jongeren te kweken die deze talenten in hun latere leven (en hun job) kunnen gebruiken.

 

KEER TERUG NAAR OVERZICHT

 

#detoekomstisvanons