Naar een maatschappij die iedereen ondersteunt waar nodig
VISIETEKST
Geld maakt niet gelukkig, maar het is gemakkelijker gelukkig te zijn met geld. Dan hebben we het nog steeds over de laagst mogelijke marges om menswaardig door het leven te gaan. Armoede gaat om meer dan geld alleen, armoede kan ook cultureel of sociaal zijn. Men spreekt vaak van kansarmoede, wij zien dat als een oneerlijke verdeling van kansen. Daarom willen we de initiatieven die die drempels verlagen en kansen scheppen zoveel mogelijk ondersteund zien. De goedheid van de mensen is één ding, structurele steun maakt het mogelijk dat deze ook gedragen wordt en dat deze de impact kan hebben die ze verdient. In België slaagt het beleid er al jarenlang niet in de armoede structureel te verminderen, de kinderarmoede, bijvoorbeeld, wordt sinds 2005 zelfs elk jaar groter. Er is dus duidelijk een ander soort beleid nodig, dat verder gaat dan meer middelen, al zijn die natuurlijk ook noodzakelijk. Jong Groen pleit daarom onder andere voor een basisinkomen, door deze financiële basis kan iedereen op een menswaardige manier participeren aan de samenleving.
Armoede is een heel complex probleem, kent veel verschillende oorzaken en uit zich ook op verschillende vlakken. Jong Groen wil daarom meer aandacht voor mensen die het moeilijk hebben, op het vlak van wonen en onderwijs. Maar ook de zoektocht naar een job, een degelijk pensioen en degelijke betaalbare zorg. De veranderende economie en samenleving brengen ook nieuwe uitdagingen op vlak van duurzaamheid, waarbij het belangrijk is om te zorgen dat dit niemand uitsluit of onverhoeds benadeelt. Hier zijn natuurlijk voldoende middelen voor nodig, daarom is het belangrijk werk te maken van echt rechtvaardige belastingen.
Daarnaast is het voor Jong Groen ook belangrijk dat de samenleving het voor iedereen mogelijk maakt om een sociaal leven te hebben, met voldoende vriendschap, cultuur en sport. Er is ook meer aandacht nodig voor de mentale kwetsuren van mensen in (generatie)armoede. Pas met voldoende persoonlijke kracht bij mensen in armoede, kan de samenleving hen ook echt kansen bieden. Ten slotte wil Jong Groen komaf maken met de visie dat mensen in armoede een individuele schuld treffen. Het gaat net om een gedeelde maatschappelijke verantwoordelijkheid.
STANDPUNTEN BINNEN HET THEMA "ARMOEDEBESTRIJDING"
Standpunt 1: Er moet een basisinkomen worden ingevoerd.
Meer info: Een basisinkomen is voor Jong Groen dé manier om armoede de wereld uit te bannen. Want hoewel armoede gevolgen heeft op verschillende levensgebieden, wordt het in de eerste plaats gekenmerkt door een gebrek aan inkomen.
Het basisinkomen vormt een onvoorwaardelijk inkomen voor iedere persoon. Dit inkomen is lager bij de geboorte maar neemt toe tot de leeftijd van 18 jaar. Jong Groen vindt het belangrijk dat dit basisinkomen hoog genoeg is zodat het mensen in staat stelt om op een menswaardige manier te participeren aan de samenleving. Daarom moet het basisinkomen voldoen aan de budgetstandaard. De budgetstandaard geeft weer welk inkomen mensen (naargelang de gezinssituatie) nodig hebben.
Het basisinkomen vervangt alle vormen van uitkeringen behalve de uitkeringen voor mensen met een beperking of een langdurige ziekte. Door het in te voeren wordt de kern van armoede aangepakt. Bovendien worden de ingewikkelde structuren van onze sociale zekerheid vervangen door één helder systeem.
Standpunt 2: Er moet een vermogenswinstbelasting komen.
Meer info: Een vermogenswinstbelasting is een belasting op het fictief rendement dat een vermogen zou genereren op jaarbasis. In de praktijk wordt naargelang de samenstelling van je vermogen een fictief rendement bepaald, en opdat rendement betaal je een zeer lage belastingsvoet.
Standpunt 3: Basisgezondheidszorg moet gratis zijn, extra kosten bij bv. operaties worden terugbetaald naargelang de inkomensschaal van je gezin.
Meer info: Iemand met financiële moeilijkheden schrapt gezondheidszorg meestal als eerste uit diens budget. Nochtans is dit een belangrijk aspect voor een kwaliteitsvol leven. Jong Groen vindt dat iedereen recht heeft op gepaste gezondheidszorg. Daarom moet basisgezondheidszorg, net als het verkrijgen van medicatie op voorschrift, voor iedereen gratis zijn. Iedereen, daarmee bedoelen we iedere persoon die behoefte heeft aan gezondheidszorg, dus ook mensen zonder papieren.
Geestelijke gezondheidszorg maakt integraal deel uit van basisgezondheidszorg en moet dus ook gratis aangeboden worden. Het professioneel aanbod moet fors worden uitgebreid om zo de bestaande wachtlijsten weg te werken.
Standpunt 4: Het huidige OCMW moet worden vervangen door het Gemeenschapshuis.
Meer info: Mensen in armoede vinden niet altijd hun weg naar de dienstverlening omdat hulp en informatie te veel verspreid is over de verschillende organisaties. Bovendien zijn de instanties niet altijd voldoende gekend. Daarom wil Jong Groen een hervorming van het OCMW.
Het huidige OCMW moet worden vervangen door het Gemeenschapshuis. Het Gemeenschapshuis heeft een één-loket functie, dat betekent dat iedereen er terecht kan voor elke soort vraag in verband met sociale dienstverlening. Het is een publiek trefpunt waar ook andere organisaties voor andere doelgroepen (zoals Kind en Gezin, CAW, wijkgezondheidscentra, sociale restaurants, justitiehuizen, computers met internettoegang, sociale activiteiten...) gevestigd zijn, zodat mensen alle dienstverlening op één plaats vinden aan een sociaal tarief.
Standpunt 5: Mensen mogen niet afgesloten worden van elektriciteit, gas en water.
Meer info: In principe kunnen mensen niet worden afgesloten van elektriciteit. Helaas gebeurt dit in de praktijk nog steeds. Dit is voor Jong Groen onaanvaardbaar en we vragen dan ook een onmiddellijke toepassing van de wet.
Bovendien mag dit niet enkel gelden voor elektriciteit, maar moet dit recht ook uitgebreid worden naar aardgas en leidingwater. Het beschermend statuut, dat recht geeft op een minimale levering van energie, gas en water, moet automatisch worden toegekend.
Standpunt 6: Een doeltreffende aanpak van schulden.
Meer info: Armoede begint vaak daar waar openstaande rekeningen zich opstapelen. Daarom is een snelle en doeltreffende behandeling van een schuldenproblematiek absoluut noodzakelijk. Deurwaarders en incassobureaus werken niet gratis. De kosten die ze maken worden doorgerekend aan de persoon met schulden. Deze invorderingskosten werken enkel meer schulden in de hand. Daarom moet er een maximum komen op de invorderingskosten van schuldeisers als iemand openstaande rekeningen heeft. Bovendien moeten mensen onmiddellijk hulp kunnen krijgen bij de gespecialiseerde diensten zoals het OCMW en het CAW. Wachtlijsten zijn uit den boze.
Standpunt 7: Er is nood aan meer ervaringsdeskundigen in de (bijzondere) jeugdzorg.
Meer info: Een ervaringsdeskundige heeft door diens levensloop enkele zaken meegekregen die kunnen worden benut om in het veld beter om te gaan met situaties van personen in gelijke situaties. Ervaringsdeskundigen bestaan in alle domeinen binnen het armoedespectrum. Een belangrijk onderdeel is leren hoe je jouw ervaring deelt met anderen en deze sterkte benutten. Belangrijk is dat je jouw ervaring ook kan vergelijken met beleidsbeslissingen, de ervaring die anderen in de situatie hebben en acties vanuit het sociaal werk of andere gerelateerde sectoren. Het meest lastige aspect is dat je bijvoorbeeld ook in staat moet zijn om ervaringen te visualiseren met mensen die er geen kennis van hebben. Je moet dus in staat zijn jouw meest confronterende ervaringen zo levendig mogelijk te beschrijven en constructief het gesprek aangaan. Het is ook daarom dat de opleidingen voor zulke personen uitbreiden enorm belangrijk is.
Het voorstel is om meer ervaringsdeskundigen aan te nemen in specifieke domeinen waarin het nut daarvan bewezen is. In het bijzonder heeft dit voorstel betrekking tot de bijzondere jeugdzorg. Elke jeugdinstelling zou er baat bij hebben om binnen het begeleidingstraject minstens één ervaringsdeskundige te betrekken. Om dit te kunnen bewerkstelligen moet de opleiding tot ervaringsdeskundige breder worden opengetrokken naar meer onderwijsinstellingen. Zodat in de toekomst meer mensen met ervaring in bepaalde situaties klaar zijn om anderen met hetzelfde verhaal te helpen en ondersteunen.
Het is duidelijk dat er in de maatschappij vaak te traag geschakeld wordt. Het nut van vertrouwenspersonen met dezelfde achtergrond is wetenschappelijk bewezen.
Standpunt 8: Lokaal actieplan tegen kinderarmoede.
Meer info: Een armoedebeleid spitst zich vaak toe op bestrijding van financiële armoede en tewerkstelling van ouders. Belangrijk, want kinderen kan je niet loskoppelen van de context waarin ze opgroeien. Net omwille van die afhankelijke situatie van kinderen, verdienen ze aandacht als aparte doelgroep. Zeker op lokaal niveau kan een actieplan tegen kinderarmoede een hefboom zijn en de rechten van kinderen en jongeren versterken.
Kinderen en jongeren beleven armoede en de effecten ervan op een eigen manier. Armoede treft hen op verschillende levensdomeinen en schendt verschillende rechten. Een actieplan kinderarmoede kan niet ontstaan zonder dat kinderen en jongeren zelf, experts over hun leven en leefwereld, dit actieplan mee vormgeven. Ook verenigingen die met maatschappelijke kwetsbare kinderen en jongeren werken hebben een belangrijke functie. Kinderen en jongeren zijn individueel drager van rechten. Jong Groen wil een automatische toekenning van deze rechten. Vaak bestaan kortingen of toelagen, maar zijn ze te weinig bekend bij wie er recht op heeft. Een belangrijke lokale actor is het OCMW die moet zorgen voor automatische of efficiënte toekenning van rechten en voor laagdrempelige en correcte informatie over hun rechten. Jeugdwerk, culturele of sportieve activiteiten moeten toegankelijk zijn voor alle kinderen: fysiek (afstand), mentaal (laagdrempelig) en financieel. De gemeente kan dit 'regulier' aanbod ondersteunen en bevorderen. Ook moet de gemeente het gespecialiseerd jeugdwerk erkennen, ondersteunen en eventueel uitbouwen. Tot slot moet er voor alle kinderen een sport- en spelmogelijkheid in de buurt zijn, met extra aandacht voor goede buitenruimte in de meest kwetsbare buurten.
Een kinderarmoedebeleid mag ouders niet buitenspel zetten of hen een schuldgevoel bezorgen. Opvoedingsondersteuning in de gemeente moet een netwerk vormen met OCMW, CAW, Kind & Gezin, onderwijs, initiatieven kinderopvang, sociaal-culturele verenigingen. Gezinnen moeten er op vrijwillige en informele basis terecht kunnen bij andere ouders en professionelen met vragen over opvoeding. Ook bij opvoedingsondersteuning zijn kinderen en jongeren actieve partner. Wij pleiten voor een herverdelende kinderbijslag, die aan het gezinsinkomen gebonden is.
Standpunt 9: De stad neemt de regierol op om samen met het middenveld, de privésector, betrokkenen en de bewoners een efficiënt armoedebeleid uit te werken.
Standpunt 10: Pak dakloosheid op twee snelheden aan!
Meer info: De strijd tegen dakloosheid moet volgens ons op twee snelheden gebeuren: de eerste is een korte termijn-aanpak met tijdelijke oplossingen zoals hulpdiensten en opvangtehuizen. We pleiten voor een uitbreiding van deze opvangmogelijkheden, georganiseerd met verschillende organisaties die hulp aanbieden om monopolie en focus op winstmaximalisatie te vermijden. De lange termijn-aanpak is echter nog amper uitgebouwd en leidt momenteel vaak tot herval in dakloosheid. De huidige opvangorganisaties streven eerder cijfers na dan mensen te helpen. De psychologische impact van dakloosheid wordt totaal onderschat: vele daklozen hebben nood een langdurige psychische begeleiding om zich terug in de maatschappij te engageren waar ze lang hebben buiten gestaan en zich ondertussen vaak tegen verzetten. Sociale huisvesting hoort uitgebreid te worden, en beter gespreid in ruimte (zie standpunten sociale huisvesting).