Standpunt: Voor elke Vlaamse stad of gemeente voeren we een maximum aantal tweede verblijven in. Dit maximumaantal is in verhouding met het aantal woongelegenheden in de stad of gemeente.
Meer info: Het aantal tweede verblijven is het grootst in de kustgemeenten. Ongeveer de helft van de in Vlaanderen geregistreerde tweedeverblijven bevindt zich in de kustgemeenten. In sommige kustgemeenten is meer dan de helft van de woongelegenheden in gebruik als tweedeverblijf. Dit zet een enorme druk op de woningprijzen. Bouwpromotoren richten zich sterk op dit publiek dat bereid is extra te betalen voor een vakantieverblijf waardoor het voor starters moeilijker wordt een eerste woning te verwerven. Vooral in de wintermaanden is in bepaalde straten amper permanente bewoning. Dit is niet bevorderlijk voor het algemeen veiligheidsgevoel en de sociale controle. De middenstand heeft aan tweedeverblijvers vast een belangrijk cliënteel, doch is deze “leegstand” (vooral) tijdens winterse maanden ook niet bevorderlijk voor de ontplooiing van de badplaatsen als bruisende en dynamische plekken om te wonen. De kust kent ook een “dubbele vergrijzing”, niet alleen de ‘geboren en getogen’ inwoners van de kustgemeenten worden ouder maar er komen ook steeds meer ouderen uit andere regio’s wonen. Eén van de gevolgen hiervan is een grote vraag naar diensten voor ouderen en deze zal, steunende op de evolutie van de grijze druk en de (familiale) zorgindex, verder blijven stijgen (dit is de verhouding van het aantal ouderen ten opzichte van de actieve bevolking). Dit zorgt dus voor extra zorgen en uitdagingen voor de stad- en gemeentebesturen en bijhorende kosten.
Indiener: Rian de Rous
LEESLIJST
Check hier de leeslijst met enkele links naar enkele relevante (kranten)artikels en filmpjes binnen dit thema (en vul gerust aan).
Sign in with
FacebookRian De Rous
als tweede verblijfraakt? Waarom niet eerder inzetten op hogere lasten op inkomsten uit 2e (en derde etc.) verblijven? Of het aanpakken van vastgoedfirma’s die massaal verhuren? Ik zou denken dat de groeiende concentratie van vastgoedeigendom in een kleiner aantal handen een groter en structureler probleem is dan de seizoens-leegstand in enkele vakantie-georiënteerde gemeenten?